dinsdag 22 december 2009

Beleidsgestuurde contractfinanciering: een nieuwe toverformule?

Maatschappelijke organisaties hebben veel baat bij heldere subsidierelaties met subsidiërende overheden. ‘Beleidssturing’ en ‘contractfinanciering’ zijn de leidende begrippen in moderne subsidierelaties. Het proces van modernisering van oude subsidierelaties met soms een lange historie vraagt aan alle partners om een ingrijpende heroriëntatie. Voor zowel politici, ambtenaren en managers van culturele en maatschappelijke organisaties betekent BCF een andere werk- en denkwijze.

Ondernemende organisaties
In een moderne subsidierelatie krijgen maatschappelijke en culturele organisaties de rol van ondernemende opdrachtnemer. Zij lopen dikwijls aan tegen vragen hoe zij invloed op het proces van beleidsvorming bij de overheid kunnen hebben? Hoe formuleren en definiëren zij een helder en mogelijk vernieuwend aanbod waarmee een goed antwoord geboden wordt op de beleidsdoelen en opdrachtformuleringen van de overheid? En wat zijn realistische, meetbare, beoordeelbare en afrekenbare prestaties en resultaten die zij kunnen leveren? Hoe komen zij tot integrale kostprijzen van de producten en diensten en wat maakt zoal onderdeel uit van die integrale kostprijs? Wat betekent BCF eigenlijk voor de interne bedrijfsvoering en managementsturing? BCF is een uitstekend instrument om meer greep op de eigen bedrijfsvoering te krijgen en biedt handvatten voor zowel het sturen op prestaties als het sturen op resultaten. De eisen die gesteld worden aan het management van deze organisaties worden door de invoering van BCF echter belangrijk aangescherpt.

Sturende overheid
Overheden hebben bij de modernisering van subsidierelaties de rol van proactieve opdrachtgever en beleidsregisseur. Sturing door de overheid is een kernbegrip binnen BCF. Dit roept vaak vragen op als hoe kom je als overheid tot een goede set van toekomstgerichte beleidsdoelen die resultaatgericht zijn geformuleerd en zijn geënt op de maatschappelijke ontwikkelingen? Hoe vertaal je deze doelen vervolgens in een opdrachtformulering voor de maatschappelijke organisaties die je als overheid subsidieert? Hoe kom je tot regievoering zodat er door verschillende organisaties een samenhangende aanpak wordt geboden? Hoe kom je tot afspraken met de organisaties over het door hen te leveren aanbod? In welke vorm giet je die afspraken binnen de kaders van een subsidierelatie? En hoe toets je tenslotte de geleverde prestaties en resultaten? De eisen die gesteld worden aan de ambtenaren die bij deze processen betrokken zijn worden echter ook steeds hoger.

Resultaten boeken
BCF-trajecten kenmerken zich door het gezamenlijk bereiken van maatschappelijke resultaten, ook al kent elke partij binnen BCF een specifieke rol en verantwoordelijkheid. Een productieve samenwerkingsrelatie tussen (lokale) overheid en maatschappelijke en culturele organisaties is hierbij noodzakelijk. De gemeente Twenterand heeft ervoor gekozen de expertise, om deze processen in te voeren, bij derden te betrekken en daar is de VVD het van harte mee eens. De kennis om dit in eigen hand te nemen, is op dit moment onvoldoende aanwezig.

Samenwerkingsrelatie
De samenwerkingsrelatie tussen de gemeente Twenterand en de SWT, één van de grootste subsidienemers binnen de gemeente, laat helaas op dit moment veel te wensen over. BCF is geen middel om deze relatie te verbeteren en geen toverformule om verstoorde verhoudingen te herstellen. Gemeente en SWT zorg dus eerst dat de verhoudingen genormaliseerd worden voordat er gesproken gaat worden over de invoering van BCF. Het heeft geen zin een bedrag van 77.000,= euro te gaan uitgeven als er geen basis is voor een constructieve samenwerking. Dat is dan weggegooid geld. Ons geld.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten