Het moet toch echt niet gekker worden

Gisterenavond 12 april 2011 hebben we raadsdebatten gehouden en zoals gebruikelijk zijn we zo rond 19.30 uur met de vergadering begonnen. Vandaag om 00.20 uur sloot de voorzitter de vergadering en wenste ons welthuis en welterusten. Dit betekende dus bijna 5 uur lang, vrijwel zonder onderbreking vergaderen. Ik weet intussen dat er onder de raadsleden en het college heel bijzondere mensen zitten, maar dit is zelfs voor de uitzonderingen onder ons echt te gek voor woorden. Uit wetenschappelijk onderzoek is vast komen te staan dat een normaal mens hooguit een uur of twee de volledige concentratie vast kan houden en dan wordt het in rap tempo minder en na een uur of drie vergaderen, kun je er beter mee stoppen want de effectiviteit is dan echt ver te zoeken. Dat geldt dus voor normale mensen, maar kennelijk niet voor raads- en collegeleden. Die vergaderen rustig bijna vijf uur lang aan één stuk. Ik mag hierbij natuurlijk ook mensen van de griffie niet vergeten, want die zijn maar mooi klaar met zo’n stel gekken.
Het kwam natuurlijk allemaal door het raadsdebat over de LOG’s. Met verbazing heb ik moeten constateren hoeveel kennelijke onduidelijkheden er nog steeds zijn met betrekking tot dit dossier. Na ruim vier jaar bezig te zijn geweest met dit onderwerp, het vormen van een klankbordgroep, het opzetten van een werkgroep en de hulp van een duur bureau, zijn we er als raad nog niet in geslaagd het verschil tussen intensive en extensieve veehouderij te bepalen. Ook zijn zelfs de beide coalitiepartijen het niet eens over de uitleg van nieuwvestiging in het coalitieakkoord. Helaas moet ik constateren dat dit dossier eigenlijk nog niet gereed is voor een besluit in een raadsvergadering. Maar gedwongen door de Raad van State en de provincie zullen we echter wel moeten. De coalitiepartijen zullen op zoek gaan naar consensus en de oppositie zal ook zijn steentje gaan bijdragen om door middel van amendementen dit voorstel aan te passen. Je moet je dan toch wel serieus afvragen wat er dan nog van dit voorstel overblijft en of het nog wel kans maakt om overeind te blijven bij de Raad van State. Ik geloof hier helaas steeds minder in en dit heeft de raad aan zich zelf te wijten. Wij moeten met z’n allen constateren dat dit niet goed is gegaan, we hebben te lang onze eigen eilandjes verdedigd en nu moeten we, met het een geweer op de borst, het binnen en week eens zien te worden. Dat verdient zo’n belangrijk onderwerp niet. Het is goed jezelf zo nu en dan eens een spiegel voor te houden en dat geldt hier zeker ook voor de gemeenteraad van Twenterand, want we hebben hier collectief gefaald..Wij hebben ons als VVD bewust niet inhoudelijk bemoeid met de discussie over dit onderwerp tijdens het debat, want anders zou het min of meer een herhaling van zetten zijn geworden van de inbreng van andere partijen en we hadden maar vijf minuten spreektijd. Wij hebben er voor gekozen om hier nadrukkelijk het falen van de raad aan de orde te stellen en hopen dat we hier samen lering uit zullen trekken. Natuurlijk zullen we onze opstelling over deze zaak zoals u van mij gewend bent, luid en duidelijk laten horen op de komende raadsvergadering. Wordt vervolgd op dinsdag 19 april 2011. Ik ben heel benieuwd naar de manier waarop de twee coalitiepartijen elkaar zullen vinden, wie doet er water in de wijn of wordt het een slap aftreksel van wat ooit bedoeld was als een krachtig instrument tegen megastallen.
De VVD had het onderwerp samenwerking met andere gemeenten op de agenda geplaatst en hier een notitie over geschreven. Ik ben blij dat het college onze aanbevelingen gaat overnemen en binnenkort kunnen we dus een echte en volwaardige samenwerkingsovereenkomst tegemoet zien tussen Hellendoorn, Wierden, Rijssen-Holten en Twenterand. Een overeenkomst waarin de zelfstandigheid van Twenterand gewaarborgd blijft en we samen van elkaar kunnen profiteren wat zal leiden tot belangrijke kostenbesparingen. Samen en toch apart.
Daarna stonden er nog een stuk of 15 informatie-onderwerpen op het programma. We hebben deze allemaal behandeld maar wel in een tempo waarbij je je af moet vragen of dit wel wenselijk is. Overigens moeten we ons ook afvragen of we niet te diep ingaan op deze informatie onderwerpen want het is eigenlijk niet meer dan een tussentijdsverslag van het college en alle onderwerpen komen later nog uitgebreid aan bod. Maar begrijp me niet verkeerd, ik blijf het nog steeds heel erg leuk vinden en misschien ben ik ook wel een beetje gek.