donderdag 2 januari 2014

Winkelen is ook een vorm van zondagsrust.

Je kunt het niet iedereen naar de zin maken en je ontkomt er niet aan keuzes te maken. Dat geldt niet alleen in de politiek maar voor veel meer terreinen. In de politiek krijgen deze keuzes echter veel meer aandacht. Het onderwerp koopzondag is vooral in, het toch nog steeds wat calvinistische, Twenterand kennelijk een hot item. Dat hoeft wat mij betreft echter helemaal niet, dit is naar mijn mening geen onderwerp waar we ons als politiek ook mee moeten bemoeien. Dit moeten we aan de ondernemers zelf overlaten. Zij zijn heel goed in staat om samen met hun personeel en mogelijk de ondernemersverenigingen hier een standpunt over in te nemen.

Een deel van de ondernemers zit niet te wachten op de koopzondag, dat realiseer ik mij terdege. De kleine winkelier kan tegen zijn zin worden meegezogen. Aan de andere kant begeven deze papa en mama bedrijven zich steeds meer op een nichemarkt en daar kunnen ook zeker afwijkende openingstijden bij gehanteerd worden. 

De VVD is er principieel voorstander van om ondernemers en consumenten vrij te laten in hun keuze. Voor veel consumenten is het winkelen op die dag ook een vorm van zondagsrust (!): gezellig met familie en vrienden wat slenteren en shoppen.
De VVD vindt dat een winkelier zelf moet kunnen bepalen wanneer hij open is. Hij kan zelf het beste beslissen of het voor hem of haar loont om bijvoorbeeld ook op zondag de winkel te openen. Daarbij is niet de extra omzet alleen leidend maar het gaat natuurlijk ook hier om het inspelen op de wensen van de consument. We hebben gelukkig een vraag-  en geen aanbodeconomie. Klantvriendelijkheid speelt ook hier een belangrijke en in mijn beleving zelfs een doorslaggevende rol, want onze koopgewoonten veranderen.

Er is geen kledingzaak in Spakenburg die zondagmorgen open wil; daar hebben we de overheid dus echt niet bij nodig. Doordat gemeenten op dit moment zelf het koopzondagbeleid bepalen, kan oneerlijke concurrentie ontstaan: de ene winkel open, de andere in een gemeente twee kilometer verderop, dicht.
Juist nu geldt het argument van de werkgelegenheid: de Vereniging Detailhandel schat dat met de koopzondag zo’n 15 รก 20.000 banen gemoeid zijn. Het MKB is ook voor Twenterand de banenmotor voor onze economie en extra banen kunnen we ook in onze gemeente helaas goed gebruiken. Een betaalde baan is namelijk de beste sociale voorziening. Dus waarom als gemeente vasthouden aan principes van een deel van onze inwoners? Laten we ook hier, met respect voor elkaar levensovertuigingen, met elkaar in gesprek gaan, naar elkaar luisteren en een nieuwe balans opzoeken.

Met de de VVD Twenterand valt zeker te praten over de invoering van koopzondagen en de openingstijden zelfs helemaal vrij laten, is voor mijn partij ook geen enkel probleem. Maar wij realiseren ons ook heel goed dat deze stap op dit moment voor Twenterand mogelijk een stap te ver is. Natuurlijk hoeft niet alles te wijken voor de economie zoals nog wel eens (vooral door mijn collega Piet Uitslag)) naar voren wordt gebracht. Een nieuwe balans, niet voor niets de titel van het verkiezingsprogramma van de VVD Twenterand, daar gaat het wat mij betreft om. Daar moeten we het dus na de verkiezingen nog maar eens over hebben. Zeker is dat de invoering van koopzondagen voor de VVD Twenterand geen breekpunt is bij mogelijke coalitie onderhandelingen.  Deze VVD is er namelijk voor Twenterand en mogelijk wordt dit standpunt in Twenterand (nog?) onvoldoende gedragen. Dit laatste weer als geruststelling voor mijn collega Henk Veurink, je moet, ook in deze verkiezingstijd, toch een beetje rekening houden met elkaar.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten