De rol van de VVD Twenterand is na de verkiezingen duidelijk
anders geworden. Waren we voorheen een loyaal lid van de zakencoalitie, nadat
de drie Christelijke partijen te kennen gaven liever met elkaar te willen regeren,
kwam hier verandering in. De VVD zit nu in het kamp van de oppositie en wij
volgen constructief maar kritisch de verrichtingen van de drie C’s en het
college. Dat zie ik ook als mijn taak als volksvertegenwoordiger en ik probeer
dit te doen op basis van de inhoud en probeer niet op de persoon te spelen.
Helaas hoor ik wel eens andere geluiden uit het coalitiekamp en ik merk dit ook wel aan de reacties van sommige bestuursleden in mijn richting. Jammer, want zelf kan ik onze politieke verschillen heel goed scheiden van de persoonlijke verhoudingen. Natuurlijk spreek ik een wethouder aan op zijn verantwoordelijkheid
en als hij zijn taken bij herhaling niet juist uitvoert zal ik hem daar zeker keer op
keer op wijzen en niet nalaten de consequenties hiervan ook duidelijk aan te geven.
Dat men dit lastig vindt en spreekt van een luis in de pels, daar kan ik zeker wel
mee leven en dat is eigenlijk wel wat te veel eer. Dat een partij (of partijen) van mening is dat
ik er louter op uit ben dit college of een wethouder te laten struikelen is
naar mijn mening een onterecht verwijt. Ja natuurlijk stel ik, de in mijn ogen,
onjuiste zaken duidelijk aan de orde en laat ik mij niet snel met een kluitje in het
riet sturen. Ook kan ik nogal vasthoudend zijn, dat weet ik echt wel van
mijzelf. Maar dat alles neemt niet weg dat dit hoort bij mijn controlerende
taak als raadslid. Binnen het CDA zou men toch zeker moeten weten hoe dit
werkt, want Omzigt doet in Den Haag echt niets anders.
Dat men mij dus soms lastig vindt en dat een wethouder weleens
hardop zucht als ik weer met een interruptie kom, zie ik natuurlijk ook
gebeuren maar dat zal mij er zeker niet van weerhouden de vinger op de, in de ogen van mijn partij, zere plekken te leggen.
Voor alle duidelijkheid het is ook niet mijn mening die ik verwoord, maar de
mening van de VVD
Twenterand , ingebracht door onze complete steunfractie.
Kan dit dan niet anders? Natuurlijk wel, maar dan moet dit
college mij niet zo veel munitie geven om mee te schieten. Daar moet men het in
eerste instantie zoeken als ze problemen hebben met mijn rol. Als de
voorstellen en de handel en wandel van dit college geen aanknopingspunten geven
om er wat van te vinden, krijgt iedereen het een stuk rustiger. Dus
coalitiepartijen en college, niet te snel met de vinger naar ons wijzen maar ga
eerst eens te raden bij jullie zelf. Zorg dat ik minder zaken aan de orde kan
stellen die niet deugen.
Maar helaas ziet het er de komende maanden niet naar uit dat
mijn rol op korte termijn kan veranderen. Er lopen nog een aantal kwesties
waarover we met het college en waarschijnlijk ook met de coalitiepartijen van
mening over verschillen. We hebben het hier o.a. over de Cogas/Ziggo affaire,
de planwijzigingen bij bakkerij Holland, de aanpassing van het Oosteinde en het
omgekeerd inzamelen. Ook de rechtszaak voor een bedrag van ruim een miljoen
euro krijgt deze maand een vervolg en dit zal zeker ook de nodige vragen gaan opleveren als de rechter heeft gesproken. Belangrijke onderwerpen die niet alleen op een juiste wijze opgelost moeten
worden maar waar we zeker voor de toekomst ook lering uit moeten trekken.
In de komende raadsdebatten op 27 en 28 januari en in de
raadsvergadering van 10 februari gaan we over een aantal van deze onderwerpen met
elkaar in debat waarbij ik zeker weer luid en duidelijk zal laten horen hoe
mijn partij er over denkt. Ik leg over mijn inbreng verantwoording af aan mijn
kiezers en aan de VVD Twenterand. Het college zal dit aan de inwoners van Twenterand
moeten doen en ook consequenties moeten trekken als zaken niet zijn verlopen
zoals dit had gemoeten. Ik hoop op constructieve debatten die in het belang
zijn van alle inwoners van Twenterand en waarbij dus niet het partijbelang, van
welke partij dan ook, voorop komt te staan.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten